Ik ben Thérèse Legros, coördinatrice van de vzw INTACT sinds juli 2010. Daarvoor heb ik verschillende jaren gewerkt als juriste in het vreemdelingenrecht, en discriminatie tegenover vrouwen is een onderwerp die me altijd erg geraakt heeft. Het coördineren van een vzw als INTACT is voor mij een engagement met als doel de fundamentele rechten te verdedigen.
Van een probleem waarmee GAMS op het terrein geconfronteerd werd…
INTACT is een jonge vzw, die in 2009 werd opgericht door de Brusselse advocate Céline Verbrouck. Zij werkte vaak samen met GAMS België. GAMS werd toen geregeld geconfronteerd met een reeks juridische kwesties waarop men erg moeilijk een antwoord kon bieden. Men vroeg zich af of het niet beter was een specifieke structuur op te richten, om op deze kwesties te kunnen antwoorden. Naarmate de brainstorming vorderde, werd beslist een onafhankelijke structuur op te richten om te verhinderen dat GAMS zowel een preventieve als een repressieve rol zou spelen.
… tot de oprichting van INTACT.
INTACT is ontstaan uit deze gedachte: samenwerken met vzw’s die meer terreinwerk en preventie uitvoeren. GAMS en INTACT zijn 2 onafhankelijke structuren die hand in hand samenwerken. De bedoeling is dat beiden zich echt aanvullen.
Initieel was het de bedoeling om vooral rond strafkwesties te werken, maar gaandeweg zijn we ons op 2 onderwerpen gaan richten: internationale bescherming (asiel) en nationale bescherming (de bescherming van meisjes die zich in België bevinden en het risico lopen besneden te worden of al besneden zijn). Hierbij proberen wij de herkenning van risicosituaties te verbeteren en preventie en bescherming te versterken. Wij ondersteunen ook professionelen in het omgaan met risicosituaties.
Van meer consultaties voor Guinee Conakry…
Wat de asielmaterie betreft, werken we momenteel aan een update van de aanbevelingen die we in 2012 publiceerden (lees hier). Het is onze taak ervoor te zorgen dat er meer rekening gehouden wordt met gender in de beslissingen rond asielaanvragen, rekening houdend met de Europese en internationale voorschriften. Sinds juni 2012 hebben de asielinstanties echter hun positie tegenover vrouwenbesnijdenis in Guinee herzien, door ervan uit te gaan dat het vandaag mogelijk is kinderen te beschermen tegen besnijdenis. Dit heeft heel wat negatieve beslissingen teweeg gebracht.
Hierdoor hebben wij onze juridische consultaties sterk zien stijgen. Het was onze taak vast te leggen hoe de situatie in Guinee volgens ons juist was. Hier hebben we dan ook veel rond gewerkt, we hebben ons omringd door advocaten en experts en we hebben een colloquium georganiseerd om tot deze aanbevelingen te komen.
… tot een missie ter plaatse.
In februari 2014 zijn we zelf naar Guinee gereisd. Ons doel was om het netwerk van verenigingen en instellingen, actief in de strijd tegen vrouwelijke genitale verminking en in de bescherming van meisjes tegen de praktijk, beter te leren kennen. Daarnaast wilden we ook onze relatie met de verschillende actoren versterken, met het oog op een betere bescherming van meisjes tegen besnijdenis, zowel in België als in Guinee.
In België werden wij vaak geconfronteerd met personen afkomstig uit Guinee, die zich om bepaalde redenen verplicht zagen een dochter, die het risico loopt besneden te worden, achter te laten. In dergelijke situaties konden wij niets doen, want we slaagden er niet in ter plaatse actoren te vinden die de kinderen konden beschermen.
Tijdens onze missie in Guinee hebben wij gezien dat er acties op touw gezet worden om te strijden tegen vrouwelijke genitale verminking. Zo heeft de overheid (via het Ministerie voor Sociale Zaken en de Promotie van de Vrouw) een strategisch plan 2012-2016 uitgewerkt. Hierin worden verschillende acties voorzien in de strijd tegen VGV.
Het gaat hier om het eerste actieplan rond VGV. Voordien ondernam elke partner zijn eigen strategie, met verspreidde acties en zonder enige vorm van overleg.
De actieve verenigingen op het terrein ontwikkelen een strategie gebaseerd op interactieve – en buurtcommunicatie. Ze werken met animators uit de gemeenschappen die een vorming volgden. Zij gaan het debat aan met de bevolking in verband met vrouwenbesnijdenis en fundamentele rechten, en hanteren dus een meer globale aanpak. Vaak wordt het initiatief tot activiteiten overgelaten aan de gemeenschap.
Het preventiewerk is er zeker in geslaagd het debat rond vrouwenbesnijdenis op de publieke agenda te zetten. Vandaag durft men met meer openheid te praten over het thema dan vroeger. Maar het uitspreken van de wens om een kind niet te besnijden, betekent nog niet dat een kind daadwerkelijk niet besneden zal worden. Het kind behoort toe aan de gemeenschap, dus tantes, grootmoeders en de schoonfamilie kunnen, zelf zonder toestemming van de ouders, een kind laten besnijden.
Verschillende actoren vertelden ons dat mensen zich op sommige plaatsen verstoppen om hun dochter toch te besnijden. Anderen sturen hun dochter dan weer naar naburige dorpen die de praktijk nog openlijk uitvoeren. Soms wordt een besnijdenisfeest ook gevierd onder het mom van een verjaardagsfeest, bijvoorbeeld.
Daarenboven toont de DHS 2012 aan dat de prevalentie in Guinee stijgt : van 96% in 2005 naar 97% in 2012 ! Guinee is hiermee het enige land, opgenomen in de DHS studies, die zijn prevalentiecijfer ziet stijgen.
Deze resultaten zijn redelijk ontmoedigend voor de personen die al jarenlang met een voorbeeldige dapperheid strijden tegen de praktijk. Er is nog zo veel werk op het terrein, er zal dus nog heel wat tijd over gaan voordat de mentaliteit zal veranderen. Eén van de problemen is dat velen vinden dat de strijd tegen VGV opgelegd wordt van buitenaf. Deze gedachte ontstaat zonder twijfel uit het feit dat veel projecten door het buitenland gefinancierd worden.
De beschermingsmaatregelen zijn ook niet efficiënt. Bijvoorbeeld: er zijn slecht 180 advocaten voor heel het land, waarvan er slecht 6 in de departementen buiten de Conakry werken. Er bestaat dus geen aangepaste juridische structuur om kinderen tegen genitale verminking te beschermen. Advocaten en rechters vertelden ons dat de jeugdrechtbank in Conakry 10 advocaten telt, maar dat er geen middelen zijn om hen te betalen. Het is dus overduidelijk dat er geen enkele vorm van bescherming bestaat voor de meisjes. Door het tekort aan middelen ziet de rechtbank zich genoodzaakt eerst de zaken van criminele jongeren te behandelen, en niet de zaken van jongeren die gevaar lopen.
Nochtans is het legislatief arsenaal voldoende onderbouwd om de praktijk terug te dringen. De besnijder en elke persoon die meehielp om de besnijdenis mogelijk te maken, kan op basis van het bestaande Strafwetboek en Kinderwetboek vervolgd worden. Wij waren daarentegen verbaasd te merken dat deze wetten erg weinig bekend zijn onder het merendeel van de actoren, zelfs de procureurs en rechters. We hebben ook vastgesteld dat verkeerde informatie circuleert: de meeste actoren die we ontmoetten dachten dat de wet rond VGV de reproductieve gezondheid betreft. Deze is momenteel echter niet toepasbaar: gezien enkel de Ministeries de wetten hebben aangenomen, zijn die niet legaal. Vooraleer de wetten toegepast kunnen worden, moesten ze aangenomen worden door de Nationale Vergadering.
Hoewel het mogelijk is juridische stappen te ondernemen, zijn deze onbestaand. Vele actoren benadrukken hoe belangrijk het is dat de Staat daadwerkelijk zijn wil om te strijden tegen de praktijk toont. Dit zou bijvoorbeeld kunnen door sterke verklaringen af te leggen en voldoende financiële middelen ter beschikking te stellen van politie, parket en rechtbanken. Veel personen getuigden dat tijdens de zomervakantie groepen kleine meisjes in traditionele kleding door de straten van Conakry wandelen om zich te gaan laten besnijden voor ieders’ ogen. En niemand doet iets. Het parket heeft de middelen om te besnijdster te vervolgen, maar doet dit niet. De straffeloosheid ontkracht het werk die gedaan wordt op vlak van preventie, dus de bescherming van de meisjes is vandaag onmogelijk in Guinee.
Download verslag van de missie: hier