Naam lezer | Sophie Allard, psychologe, gespecialiseerd in de familiewetenschappen en seksualiteit |
Genre |
Onderzoek |
Doelpubliek |
Gezondheidspersoneel |
Belangrijke ideeën |
Vrouwenbesnijdenis, reconstructieve chirurgie, klinisch voorbeeld, onderzoek, psychoanalyse |
Referentie
Julie Quiquempois, L’excision peut-elle être réparée ? Réflexion sur les incidences psychosexuelles de la chirurgie reconstructrice du clitoris chez les femmes excisées, Publiboek, EPU: Sciences humaines et sociales – psychologie, 2009.
Situeer de auteur
Julie Quiquempois is klinisch psychologe en coördinatrice van het CHICL (Groupe Hospitalier de l’Institut Catholique de Lille).
Onderwerp
Reflectie rond de psychoseksuele gevolgen van clitorisreconstructie bij besneden vrouwen.
Samenvatting
Er werd tot op heden weinig psychoanalytisch onderzoek gedaan rond vrouwenbesnijdenis en de psychoseksuele gevolgen van de praktijk. In dit boek worden deze onderwerpen op verschillende niveaus onderzocht.
In de eerste plaats schetst Julie Quiquempois een stand van zaken rond vrouwelijke genitale verminking, de mogelijke gevolgen van de praktijk en de culturele redenen voor het uitvoeren ervan. Vervolgens toetst ze deze elementen aan de psychoanalytische theorieën.
In het tweede deel wordt het portret geschetst van vrouwen die een clitorisreconstructie lieten uitvoeren.
Tenslotte worden deze klinische voorbeelden psychoanalytisch benaderd. Er wordt dieper ingegaan op het trauma, de reconstructie en het symbool van sterilisatie.
Kritiek
De auteur bekijkt vrouwenbesnijdenis, reconstructieve chirurgie en de psychoseksuele gevolgen vanuit een psychoanalytische invalshoek. Ze schetst kort de geschiedenis en culturele oorzaken van de praktijk. Daarenboven beschrijft ze enkele klinische voorbeelden.
Persoonlijke mening
Het belang van deze reflectie bevindt zich, volgens mij, in de klinische voorbeelden en de uitzonderlijke invalshoek waaruit ze geanalyseerd worden. Hoewel deze invalshoek de reflectie tot een strikt kader beperkt, toont het de symbolische waarde van zowel vrouwenbesnijdenis als clitorisreconstructie aan.
Het is jammer dat de klinische voorbeelden niet verder ingaan op de begeleiding en de postchirurgische gevolgen op lange termijn.